Daarom vijf redenen waaruit je kunt opmaken dat je vaak grotere kans hebt op het teleurstellen van anderen als je steeds ‘ja’ zegt. Als je het goed aanpakt vind je een goede balans in het ja en nee leren zeggen. Te beginnen met deze vijf tips.

Tip 1 van de vijf tips: besef waarop je nee zegt.

Als je op alles ja zegt, dan kun je ook per ongeluk eens ja zeggen op iets dat je helemaal niet kunt. Bijvoorbeeld op een taak op je werk. Uit onzekerheid heb je dus ja gezegd op iets. Onzeker om iemand teleur te stellen misschien. Maar de gevolgen van bijvoorbeeld je ondeskundigheid zijn meestal groter dan het nee zeggen. Dus nee zeggen is juist soms het beste voor de ander.

2: Besef waarom je nee zegt.

Nee zeggen is dus ja zeggen tegen iets anders. Denk aan je eigen ontspanning. Leer dan wel inzien hoe belangrijk dat voor je is. Of, om het bovenstaande voorbeeld aan te houden, dat je een andere taak krijgt op je werk waar je veel meer tot je recht komt. Dan begin je daar ook aan met een beter gevoel en word je niet onzeker.

3: Bedenk omwegen voor jezelf.

Leer dingen aan als: ik denk over na. Als bijvoorbeeld je werkgever je vaak overvalt met ‘kun je extra werken?’ en je weet dat je daar moeite mee hebt, verzin dan iets anders. Leer bijvoorbeeld te zeggen: ‘ik denk erover na.’ Of als je dat te vaag vindt, zeg: ‘ik kijk in mijn agenda.’

4: Besef dat je anderen niet lang meer kunt helpen als jij jezelf nooit tijd gunt.

Een hele bekende eigenlijk. Je kunt niet altijd over je eigen grenzen heengaan en niet verwachten dat je jezelf dan nooit tegenkomt. Op dat moment kun je op helemaal niks meer ja zeggen en moet je gedwongen nee zeggen tot je weer opgeknapt bent.

5, de laatste van de vijf tips: Zeg eens nee, zodat je júist laat zien dat je grenzen kunt stellen.

Om het voorbeeld van werk weer aan te houden, als je eens nee zegt laat je zien dat je voor jezelf op kunt komen. En als je het ook nog eens kunt verantwoorden laat je zien dat je goed nadenkt over situaties. Je maakt kortom een zelfverzekerde indruk.